De Blijde Boodschap van vandaag klinkt niet erg blij, vindt u niet? Woorden over het einde der tijden? En waarom klinken die nu? Wel, ik denk dat het allemaal iéts begrijpelijker wordt als we het bekijken in de bredere context binnen dit evangelie.
In het begin treedt Jezus hoofdzakelijk op in het noorden, in Galilea waar Hij vandaan komt. In eenvoudige dorpen, bij eenvoudige mensen waarbij Hij zich thuis voelt. Ver weg van dat voorname Jeruzalem met zijn pretentieuze Tempel. Gaandeweg wordt voor de mensen in Jezus' omgeving duidelijk wie Hij ten diepste is. Dan min of meer halverwege die cruciale vraag van Jezus: 'Wie zeggen de mensen dat Ik ben?' waarop Petrus namens allen antwoordt: 'Gij zijt de Christus, de Gezalfde'. Vanaf dát moment richt Jezus zijn schreden gestaag naar het Zuiden, richting Jeruzalem. Hij wéét dat zijn prediking Hem de kop gaat kosten, én dat dit gaat gebeuren in Jeruzalem, hét centrum van het joodse geloof.
Wel, in het evangelie van vandaag zijn we inmiddels in Jeruzalem beland. Vlak na zijn aankomst waren we getuige van de tempelreiniging. Oplopende spanning met de Farizeeën en Schriftgeleerden… Jezus' leven zal binnenkort gaan eindigen. Je vóelt het aankomen. Het verraad staat voor de deur. En dan die verontrustende woorden van het evangelie van vandaag!
Waarom toch spreekt Jezus hier ineens over het einde der tijden? Wil Hij ons angst aanjagen? Ik denk van niet. Ik denk dat Hij zijn leerlingen en ook óns indringend wil wijzen op de vergankelijkheid van álle zichtbare dingen met als voorbeeld bij uitstek die schijnbaar onaantastbare en glansrijke Tempel. Zélfs die enorme Tempel in al zijn pracht en praal betekent niets in vergelijking met het onzichtbare, onvergankelijke waar het in het leven ten diepste om draait: om liefde, vriendschap, belangeloze dienstbaarheid, in het bijzonder aan kwetsbare, arme mensen. Jezus kiest voor dié onvergankelijke waarden en moedigt ons aan hetzelfde te doen. Dit evangelie past daarom heel goed bij deze specifieke zondag, die door de paus een paar jaar geleden is uitgeroepen tot 'Werelddag van de Armen'.
Het evangelie staat - zoals ook nú weer blijkt - vol van enórme contrasten. De schittering, de eeuwigheidswaarde van alle wézenlijke zaken in het leven, staat voortdurend in scherp contrast met het onbelangrijke, nietige en soms duistere van alle vergánkelijke zaken. Jezus trekt nu ook - tegen het einde van zijn leven - een parallel tussen zíjn leven en het leven van óns, zijn volgelingen. Hijzelf heeft immers veel te verduren bij zijn missie, en zo zal ook ieder van óns zal op zijn levensweg moeilijkheden en tegenslag ontmoeten, soms ook vervolgingen en rampen.
Dit alles klinkt natuurlijk heel hard, maar tóch: Jezus wil ons met zijn uitspraken niet de stuipen op het lijf jagen, maar ons voorbereiden op onvermijdelijke tegenslagen die ook óns te wachten staan op ons levenspad. En dit alles met de bedoeling om ons te bemóedigen zodat we kunnen standhouden.
Want kijk eens wat wij vandaag de dag voor onze kiezen krijgen: crisis na crisis! klimaatverandering en steeds grotere natuurrampen, oorlogen - ook vlak bij huis in de Oekraïne - met grote vluchtelingenstromen, internationaal terrorisme, afbrokkelende democratische structuren die op termijn de wereldvrede in gevaar kunnen brengen… Veel mensen voelen zich machteloos… En tóch... En tóch worden wij vandaag opgeroepen om niet bij de pakken neer te zitten. Ondanks alle ellende is er steeds óók hoop. Jezus heeft ons niet voor niets de onvermijdelijke realiteit van oorlogen en rampen voorgespiegeld zoals ook Hij die ook in zijn tijd heeft meegemaakt. Hij heeft ons willen voorbereiden op alle tegenslagen: niet om ons bang te maken, maar om ons te bemoedigen, zodat we kunnen volharden bij alle tegenslagen.
Niet opgeven dus. Nooit. Denk aan die bemoedigende laatste zin: 'Geen haar van uw hoofd zal verloren gaan. Door standvastig te zijn zult ge uw leven winnen'. Heb dus vertrouwen, God was, is en zal ons altijd nabij zijn. En wel in ál die goede mensen om ons heen. Die zijn er áltijd, in goede én in slechte tijden!
Amen.
pastor Frank van Roermund o.praem.
Lezingen: Maleachi 3,19-20a; Lucas 21,5-19