We slaan zo gemakkelijk een kruisteken. Voetballers zien we het doen, mensen die een overledene de laatste eer brengen, of een president Biden bij zijn inauguratie: het is een teken van de christenen, in onze streken meer nog van de katholieken. Vader, Zoon en heilige Geest. Vraag het de mensen niet om het uit te leggen, je overvalt ze. Het is nu eenmaal zo en ze geloven in God.
Zoals zoveel mensen in onze wereld. Ik heb er voor geleerd om de Drie-eenheid uit te leggen, en dat ga ik zelfs op deze zondag van de heilige Drie-eenheid voor u niet doen. Als u vragen hebt: na de viering, a.u.b..
Wat ga ik dan wel doen? Ik wil vertellen hoe ik het zelf beleef. Dus geen uitleg van een moeilijk mysterie, voor sommigen een raadsel, maar eerder hoe ik er mee omga. En dan begin ik niet bij God de Vader, ik begin bij Jezus. Hij komt tot mij in concrete verhalen. Ik hoor hoe Hij zijn boodschap van verzoening en vrede rondbrengt, hoe Hij mensen geneest, hoe Hij zijn vrienden op weg zet om te zeggen: Ik – Jezus - blijf bij jullie tot aan de voleinding van de wereld, voel je dus veilig bij alles wat op je weg komt. Dat is toch fantastisch? Iemand op wie je altijd kunt vertrouwen. Jezus is voor mij een tochtgenoot geworden met wie ik kan overleggen in het maken van kleine en grote keuzes. Hij is voor mij een levende mens, een mens-van-God. Nu voeg ik bij Hem er wat aan toe: ‘van-God’. Wat zeg ik dan? Ik beleef dat er bij Jezus nog een hele wereld, een hele wolk van betekenissen achter zit. Moeilijk precies te omschrijven maar bij Hem heel wezenlijk. Ik krijg Jezus niet los-in-zijn-eentje. Bij sommige mensen heb ik hetzelfde gevoel: wanneer ik Irmgard ontmoet dan weet ik dat Pieter niet ver weg is. Nu is het bij Jezus best een graadje echter en steviger… Ik probeer met deze menselijke vergelijking maar iets op te roepen.
Die wolk van zin, van betekenis, van Aanwezigheid is veelzijdig. De Vader-God waar Jezus het in zijn verhalen over heeft en die voor Hem wezenlijk is, gaat ons begrijpen te boven en toch is Hij werkelijk aanwezig. Mensen ervaren Hem als een Stem die hen oproept om hun leven te verbinden aan het bestaan van anderen. Dus niet voor jezelf alleen te leven, maar er zijn voor het ‘goed’ van de ander. Mensen ervaren die God als een vuur dat verwarmt en verlicht, als een bevrijder die hen door moeilijke momenten heen helpt. Of – zoals een vormeling het een week geleden zei – Hij is er altijd en Hij helpt me. Laten we even alle rationaliteit varen, je moet dit voelen en ervaren. Liefde kun je ook niet rationeel verklaren maar het geeft wel zin aan ons bestaan.
Hoe werkt dit allemaal? Dan komen we uit bij de heilige Geest. Wanneer u – en ik ook – echt iets wilt overdragen aan een ander, gewoon een beetje impact wilt hebben, dan gaat dat niet zonder spirit, zonder geestkracht. We voelen allemaal wel aan of er ergens een goede geest hangt of dat het een en al droefenis is. De heilige Geest is de kracht, de energie, die zowel van Jezus is als van zijn Vader-God. De heilige Geest is de verbinder tussen hen en ook met ons. Dus daar waar mensen zich verbinden aan elkaar of verbinding aanbrengen, daar is die goede Geest van God aan het werk.
Ik heb geprobeerd woorden te vinden voor Vader-Zoon-heilige Geest. Doet het mij ook wat? Ja, ik vind het wezenlijk voor mij. God is geen ding, of loze kreet. God is voor mij levende aanwezigheid. Met Jezus kan ik optrekken, me aan Hem spiegelen. Zoals ik sinds mijn jonge jaren mijn leven heb ingericht, kan ik niet zonder Hem. En ook niet zonder die heilige Geest. Uiteindelijk kom ik dan uit bij God-Vader maar ik voel dat ik bij Hem wat voorzichtiger ben om Hem in woorden te vatten. Ik houd het liever open want dan valt er nog veel te ontdekken. En Gods heilige Geest vuurt juist de nieuwsgierigheid aan. Niet alleen nieuwsgierigheid naar dat mysterie dat we vandaag vieren. Eerder nieuwsgierigheid naar wat er in mijn leven, in ons bestaan, in de samenleving allemaal nog mogelijk is.
Nieuwsgierige en ondernemende mensen hebben we hard nodig om anders uit de lockdown komen dan dat we er ingegaan zijn. Het ‘andere normaal’ zullen wij moeten maken.
Joost Jansen, pastoor