Ik zie geen hoofd op de voorkant van het boekje, ik zie alleen een lichaam met doorboorde handen en voeten. Het lijkt alsof dit de boodschap van Jezus is ná zijn dood, dus sinds het jaar 33, tweeduizend jaar geleden. Dit is in eerste instantie niet zo aantrekkelijk, lijkt me. Trouwens: het kruis is ook geen pretje, en dan druk ik me nog voorzichtig uit.
Waarom wordt deze boodschap dan door zoveel mensen, beginnend bij de eerste leerlingen, opgepikt? Deze week nog meldde het Vaticaan dat het aantal rooms-katholieken wereldwijd was opgelopen tot 1.3 miljard. Het gaat me nu niet om de aantallen, wel om het feit dat de Blijde Boodschap voor mensen aantrekkelijk is, hoe afschuwelijk het lijden van Jezus ook is. Zit ’t in het feit dat er altijd een verder is?
Ik geloof dat het om dit ‘verder’ gaat. Was Jezus gewoon in zijn graf gebleven dan had niemand zich om Hem drukgemaakt. Hij zou dan een van de vele profeten of verzetsstrijders zijn geweest. Prima wat ze in hun leven gedaan hebben, maar eenmaal dood dan is het ‘over en uit’. En dat is nu precies wat er niet gebeurt. De mensen van de jonge kerk vertellen het verhaal van Jezus verder en de groei zit er goed in. Ik meen dat deze boodschap aanslaat bij vrouwen en mannen, jongeren en ouderen omdat zij aanvoelen dat hier een ‘model’ ligt om met de eigen lasten en uitdagingen in het bestaan om te gaan. Kleerscheuren lopen we allemaal op, vroeg of laat. Velen echter denken snel aan iets anders, steken hun kop in het zand, totdat de herinnering aan die lastige periode weer terugkomt. Uiteindelijk moet ieder in het reine komen met wat er in zijn leven is gebeurd. Of niet…
Ik kan me nog goed herinneren dat ik een oude man, omringd door vrouw en volwassen kinderen, de ziekenzalving mocht toedienen. Tijdens het bidden zei een dochter: ‘Moet je eens zien, hij kijkt steeds naar het kruisbeeld boven het bed.’ ‘Ik lijd, Hij heeft ook geleden, zijn voorbeeld is me nu tot steun’, schijnt deze gelovige mens op zijn sterfbed aan zijn vrouw en kinderen te willen zeggen. Die wondentekens in handen en voeten zijn er niet voor niets. Gelukkig dat we geen gezicht zien op deze afbeelding, we kunnen ons eigen hoofd er op zetten. Ieder van ons kan die mens zijn met de wondentekens in handen en voeten. Iedereen kan zich laten aanraken in zijn kwetsbare kanten.
Ik wil een stap verder zetten. Het kan ook gaan om het lichaam dat we samen vormen, als samenleving (dat is misschien wat te groot gedacht) maar zeker als parochie, als kerk. Die stap mogen we maken omdat Jezus in het evangelie duidelijk zegt dat de heilige Geest ons wordt gegeven om vruchtbaar met deze verhalen om te gaan. Er zijn vele wonden geslagen, het lichaam van onze kerk is zwaar beschadigd. Dan hoef ik echt niet terug naar een tiental jaar geleden met de misbruikschandalen. We zijn er sindsdien bijna aan gewend geraakt dat het overal voorkomt. In ons land, in vele Europese landen maakt de kerk een moeilijke tijd door. Een parochie is niet ‘sexy’. Even een evenement meepikken, of het nu vanuit de kerk of vanuit het entertainmentcircuit komt, dat is nog aantrekkelijk. En daarna, snel terug naar je eigen plek waar jezelf je eigen bestaan kunt inrichten. En ook hier geldt weer de boodschap: kijk de wonden aan, neem ze serieus en laat je vervolgens niet verlammen door angst.
Dit laten de mensen van de jonge kerk ons zien: voorbij de angst dat het met ‘die Jezus’ allemaal maar een bevlieging is geweest, blijkt Hij ook na zijn dood hen bijeen te brengen en te bezielen. Jezus blijkt miljoenen mensen te bezielen om hun eigen leven aan te kijken en zorg te hebben voor de wonden die bij mensen geslagen zijn. Misschien zijn het maar schrammetjes (zoals sommigen zeggen), toch kan ook een ‘schrammetje’ het leven van een mens bepalen. Wie oordeelt? De wonden die geslagen zijn, het opnemen van elkaar in ieders kwetsbaarheid, blijkt een grote kracht te zijn van de christelijke geloofsweg. En… het brengt vreugde voort, diepe vreugde van binnen, tevredenheid, weten dat je uiteindelijk hiertoe geschapen bent om met elkaar een levend lichaam te vormen, het lichaam van Christus. Daartoe zal Hij ons straks voeden, met zijn eigen Lichaam in het heilige Brood.
pastoor Joost Jansen