overweging op 13 maart 2016 In onze keuken is een hele kast met kruiden, sommigen worden dagelijks gebruikt, anderen zelden. In de garage van Gijs zijn kasten vol met schroefjes en moertjes, hij heeft ze lang niet altijd allemaal nodig, maar toch… Hetzelfde is het geval in de naaischool van mijn zus.
Die knoopjes gebruik je eigenlijk nooit, maar je kunt nooit weten.
Zo iets speelt ook bij onszelf. We dragen in ons een groot aantal antennes en capaciteiten, we gebruiken ze lang niet allemaal, maar ze zijn er wel, voor het geval dat… Dat is de rijkdom van een mens. Er is de gave van het plezier maken, van de ontmoeting, van de nieuwsgierigheid, van de pit, maar ook de mogelijkheden van wanhoop en haat. Je hebt ook nog de gaven van berouw en vergeving, van verzoening. Wanneer je in de keuken het zout niet gebruikt, blijft het zout op de plank. Als je het grote arsenaal aan gaven die in je leven, laat liggen, gebeurt er niets. Wij kunnen kiezen.
Kiezen gebeurt ook in het verhaal van de vrouw die op overspel is betrapt. U begrijpt dat dit verhaal een hele voorgeschiedenis heeft. Het gaat om het verlangen van een man, en van een vrouw. Verlangen naar elkaar, of niet. Ontrouw en verliefdheid. Jaloezie van de religieuze politie in de persoon van Schriftgeleerden en Farizeeën. De dreiging van de steniging. Het lijkt wel de Islamitische Staat, tweeduizend jaar geleden. Maar wij mensen kunnen kiezen. Die vrijheid hebben we gekregen, om haar te gebruiken.
Jezus doet in dit verhaal iets heel verwonderlijks. Hij lijkt geen keuze te maken, of beter gezegd: hij kiest er voor om geen keuze te maken noch voor de een, noch voor de ander. Natuurlijk staat Jezus niet achter het overspel van die vrouw en van de man die niet genoemd wordt, overspel is steeds iets van twee mensen. Door de geestelijken van die tijd, de mensen van de synagoge, wordt Jezus min of meer gedwongen om een keuze te maken voor de regels van het geloof. Zij zullen gezegd hebben: het huwelijk is toch heilig? Daar moet je er niet mee sjoemelen. Jezus zal het ongetwijfeld beamen, zoals wij dat vandaag ook doen. Maar moet je dan gaan stenigen? Er staat toch ook in de Tien Woorden, de Tien Geboden, geschreven dat je niet mag moorden?
Jezus zegt niets. Hij bukt zich, schrijft in het zand. Hij geeft de anderen de tijd om bij zichzelf te rade te gaan. Dat doen ze ook. Ze hebben niet alleen de harde kant in zichzelf, er is ook een mildere manier om tegen zaken aan te kijken. Misschien dat ze lange tijd nooit zo gereageerd hebben. Maar het potje met barmhartigheid staat ook tussen die andere vaatjes waaruit ze gewoonlijk tappen. Net zoals Gijs een potje met schroefjes heeft die hij maar zelden gebruikt. Ze druipen af. Het is wellicht een overwinning op zichzelf. Ze hebben in zichzelf een kant aangesproken die ze tot nu toe wat minder hebben gebruikt. Gelukkig dat ze mildheid en barmhartigheid niet vergeten zijn!
Het is duidelijk dat Jezus niet akkoord gaat met hoe die vrouw en die man gehandeld hebben. Je pleegt geen overspel terwijl dat vandaag toch voorkomt. Denk maar aan de radiospotjes van Second love waarin vreemdgaan wordt aangemoedigd. Wat krom is moeten we krom noemen. Zoals ook het haat zaaien hier in onze gemeente met anonieme briefjes in je brievenbus tegen kleinere azc’s gewoon slecht is. Het is kwaad. Maar er is steeds ook nog een andere kant… Jezus doet een beroep op mededogen, op de barmhartigheid die in ieder van ons aanwezig is. Er zijn van die potjes… Laten we ze gebruiken. Laten we eens uit een ander vaatje tappen.
We zijn in de vasten, in de veertigdagentijd. We vieren een Heilig jaar van de barmhartigheid. We leven toe naar Pasen, het feest van overwonnen kwetsbaarheid, van de overwonnen dood. Kunnen we ‘dealen’ met de kwetsbaarheid in onze omgeving? Mensen die haat zaaien, die een ander willen vernederen zoals ze bij die vrouw in het evangelie van plan waren? Wij kunnen uit een ander vaatje tappen. Wij kunnen onze voorraad barmhartigheid en vergeving aanspreken. We hebben het in huis. We dragen het in ons mee. Laten we het gebruiken.
Joost Jansen, norbertijn