In de St.Willibrorduskerk in Heeswijk werd weer de Nationale dodenherdenking gehouden. Tijdens de herdenking werden de toespraken afgewisseld door intermezzo’s van een ensemble van de Koninklijke fanfare St. Willibrord en van het koor van het St. Barbaragilde. Hierna werden enkele toespraken gehouden. Wethouder Jan Glastra van Loon vertelde het verhaal van een meisje, dat in de oorlog na veel omzwervingen terecht kwam bij de familie Voets in Vorstenbosch. De Eggerlaan is daar later naar haar vernoemd.
Jolanda van Ingen vertelde het verhaal van haar opa, die in de oorlog tijdens zijn werk in de omgeving van de Heeswijkse weg door geweervuur van over de Zuid-Willemsvaart werd geraakt en vlak daarna overleed.
Connie Juijn vertelde over de ervaringen van hun gezin in de oorlogsdagen.Govert Juijn noemde de namen van de burgerslachtoffers die in 1940-1945 gevallen waren.
Ook pastoor Joost Jansen hield die avond een toespraak.
Na een gedicht van Hieke Stek vertrok de stoet naar de Airbornekapel in de Mgr. v.d. Oorschotstraat. Daar werden door wethouder Glastra van Loon, een vertegenwoordiger van de Oranjecomités en het Comité Burgerslachtoffers beiden uit Heeswijk-Dinther-Loosbroek, een bloemstuk gelegd. Na een signaal taptoe, twee minuten stilte en een vendelgroet vertrok men naar het Willibrordcentrum om daar een kop koffie te gebruiken.
Tekst en foto’s: Peter Kriele
