Zondag 5 November 1944
Om tien uur naar de H. Mis geweest in de kapel van de Eerw. Zusters. De H.Mis werd opgedragen door onze kapelaan Oome.
Kaplaan Oome is tien weken uit onze parochie geweest. Eerst een vijftal weken, omdat hij gezocht werd door onze vijanden. En toen de invasie in Nederland kwam, was het onmogelijk om, van zijne schuilplaats uit, Dinther te bereiken. Onder de H.Mis hield de Kapelaan een korte toespraak en betreurde het dat, toen hier Dinther door de oorlog geteisterd werd, hij gedwongen was te blijven waar hij was en ons geen hulp kon verleenen, hoe hard het hem ook viel, en hoe gaarne hij hier te midden van ons zou zijn geweest om hulp te bieden waar het noodig was. Nu bood hij zich aan en stelde zich verder ieder ogenblik beschikbaar om de parochianen van Dinther hulp en steun te verleenen naar ziel en lichaam zoveel het hem maar enigzins mogelijk is. Na de H. Mis ben ik op het kantoor van de Commandant
bewakingsdienst (dat tijdelijk is gevestigd op het pakhuis van den Eierbond) een bewijs van toegang wezen halen voor Maria en mij zelf om een bezoek in Veghel te brengen. Om ongeveer half elf in de v.m. arriveerde er in Dinther een 50 tal vrachtauto’s van het Geallieerde leger. De chauffeurs van de autos waren Fransche soldaten. Het waren Gaulisten aanhanger van de Gaul. Deze Fransche soldaten voerden levensmiddelen aan voor de Geallieerde legers en voor de burgerbevolking. Deze auto’s werden in Dinther geparkeerd en de manschappen ingekwartierd bij de burgerbevolking. Deze wagens rijden van Eindhoven naar Oss waar de opslagplaats is van het voedsel. Dit wil nu niet zeggen dat de Fransen direct levensmiddelen meebrachten voor Dinther. Nee, dit is enkel een levensmiddelen aanvoer van opslagplaats naar opslagplaats en waar het dan weer verder gebracht moet worden naar het leger of grote steden waar hondersnood dreigt. Er zijn hier slechts een paar mensen die de Fransen kunnen verstaan.
In de n.m. een bezoek gebracht met Maria in het ziekenhuis te Veghel o.a. hebben we bezocht Mejuffr. Ant. Barten, Hendrik Verhagen en Jan Verheijen. Ant. Barten is der rechts been afgezet tot ver boven den knie, ze maakt het overingens goed. Verhagen wordt zeer goed beter. Verheijen is er slechter aan toe. Hij heeft er een soort Astma bijgekregen en kan zeer moeilijk ademhalen. Bovendien voelde de man zich zeer ziek en treurde verder nog over verschillende andere dingen. Enkele boodschappen gedaan bij de Kuyper, van Bestelen bij Adr. Kuijpers en toen weer naar huis. Bij Maria's thuis zijn ook twee Fransche soldaten ingekwartierd.