Wat geweldig fijn om u allen te mogen ontmoeten in deze viering, de belangrijkste viering van het kerkelijk jaar! De Paaswake is de viering der vieringen. Niet voor niets werden in een ver verleden álle doopleerlingen in de Paasnacht gedoopt. Zo ook de naamgever van onze parochie, de heilige Augustinus.
Ik heb járen geleden het baptisterium bezocht waarin hij destijds is afgedaald, een opgraving die nu gelegen is ónder het voorplein van de kathedraal van Milaan. Het maakte een zeer diepe indruk op mij. Voor Augustinus tóen en alle doopleerlingen in ééuwen ná hem moet de Paasnacht een indrukwekkend hoogtepunt zijn geweest in het kerkelijk jaar. En ergens zou ik willen en hopen, dat dit ook voor óns meer en meer zou gaan gelden.
De Paaswake dus als hoogtepunt van het kerkelijk jaar. Het is dan ook een heel bijzóndere viering met heel bijzondere elementen. De lezingen in deze nacht presenteren als het ware een samenvatting van de hele heilsgeschiedenis, de geschiedenis van God met ons mensen. We horen het Scheppingsverhaal uit Genesis: God beleden als oergrond van alles wat is. Dan is daar de bekendmaking van Gods Naam aan Mozes en diens zending om het volk Israël te bevrijden uit het slavenhuis Egypte, gevolgd door de doortocht door de Rode Zee: Gods volk op weg naar het Beloofde Land. Ook horen we de profetie van Jesaja, gericht aan hen die na de Ballingschap zullen terugkeren naar Jeruzalem.
Het zijn - zo is wel duidelijk - telkens opnieuw verhalen over Gods zorg voor ons mensen en zijn bevrijdende liefde. Maar het wordt nóg mooier, want het hóógtepunt in de viering is de binnenkomst van de Paaskaars, symbool voor Góds binnentreden in onze geschiedenis in de persoon van Jezus Christus, in wie God tastbaar in ons midden komt. Dit is wel het állergrootste geschenk vanuit de hemel. Immers, God kunnen we niet zien, maar Christus wél. In Hem krijgt God voor ons een gezicht, krijgt God - zo gezegd - handen en voeten. De tragiek van Goede Vrijdag - dat Hij die niets anders deed dan Gods liefde uitdragen - dat Hij moest sterven aan een kruis - verandert vannacht in een oogwenk in grote vreugde, omdat God Hem opwekt uit de dood. We hoorden het zojuist in het verrijzenisevangelie: niet de dood heeft het laatste woord, maar het léven: zijn graf is leeg, Hij leeft!
Kunnen wij hier met ons verstand bij? Nee dus, want laten we eerlijk zijn, dit gaat ons bevattingsvermogen volslágen te boven. Een opstaan uit de doden ligt geheel buiten onze ervaring! Niettemin worden we uitgenodigd om zijn verrijzenis in geloof te aanvaarden op gezag van de ooggetuigen die ons dit hebben overgeleverd. Het geloof in Christus' verrijzenis vormt de kérn van het geloof voor álle christenen op Aarde.
Laten we ook de Oudtestamentische lezingen in deze Paasnacht eens tegen het licht houden van onze eigen ervaringen. Ervaren wij - zoals de schrijvers van het boek Genesis - God als oorsprong en einddoel van alles wat is? Ervaren wij dat God zich - net als bij Mozes - óók aan ons bekend maakt met de Naam "IK ben die is", of nog persoonlijker: "IK ben die er is voor jou"? Ervaren wij bevrijding - zoals Israël bevrijding ervoer - als wíj woestijnperiodes in ons leven uiteindelijk te boven komen?
Elk van deze Bijbelverhalen probeert iéts van onze menselijke oerervaringen onder woorden brengen: afhankelijkheid en liefdevolle geborgenheid in een groot mysterie dat we God noemen, dóór alle nood en ellende uiteindelijke bevrijding door een alles overstijgende Liefde. Een uitzondering op deze oerervaringen is - ik zei het zojuist al - wat ons in het verrijzenisevangelie wordt aangereikt. De ervaring namelijk van daadwérkelijke opstanding uit de doden. Dat is vóór Jezus nog nooit vertoond, en behoort ook ná Jezus niét tot onze éigen ervaring. Wél wordt ons dít toekomstperspectief door de evangelisten aangereikt, dat ook óns zal de verrijzenis ten deel vallen indien wij geloof hechten aan het getuigenis dat Jezus werkelijk uit de doden is opgewekt en nu voor eeuwig leeft bij God de Vader. En dat is een waarlijk Blijde Boodschap!
Misschien moet ik iéts terugnemen van mijn uitspraak dat de verrijzenis volslagen buiten onze ervaring valt. Jezus mag dan lijfelijk nú niet meer onder ons aanwezig zijn, in de Geest is Hij dat zéker wel. Want heeft Hij niet gezegd dat wij Hem kunnen ontmoeten in onze naasten, in het bijzonder in de armen en kwetsbare mensen? Ook de laatste zin in de evangeliepassage van zojuist geeft een aanwijzing die richting : 'Gaat aan mijn broeders de boodschap brengen dat zij naar Galilea moeten gaan en daar zullen zij mij zien.' Welnu, Galilea was het thuis van Jezus' broeders. Maar die broeders; dat zijn ook wij. En óns thuis is daar waar wíj wonen en werken, hier en nu. Ook aan óns belooft Jezus dat wij Hem zullen zien in onze eigen omgeving, in de Geest, en wel ín de vele goede mensen die gaan in zijn voetsporen. Laten wij proberen zúlke mensen voor elkaar te zijn en zo Christus' licht onder elkaar te verspreiden.
Ik wens u allen een waarlijk Zalig Pasen!
pastor Frank van Roermund o.praem.
Lezingen: Genesis 1,1-2,2; Exodus 14,15-15; Matteüs 28,1-10