Ik ging op reis op een tractor om hoopvolle verhalen te vinden. Verhalen die laten zien dat het ‘einde van de wereld’ misschien wel niet bestaat, dat je altijd iemand kan vinden die de moed niet opgeeft. En die doorgaat. En die verhalen hoopte ik te vertellen.
(ook aan mezelf)
(ook aan mezelf)
Wat ik tegenkwam oversteeg alles wat ik er van tevoren over had kunnen fantaseren.
In Egypte en Soedan bleek ik geen aanstoot te geven als vrouw rijdend op een tractor. Er werd eerder gereageerd op het feit dat ik in een tijd reisde waarin we wereldwijd zo bang worden gemaakt voor elkaar, op pad ging om mooie verhalen te verzamelen.
Mannen in lange witte gewaden en met tulbanden op reageerden alsof ik een heilige Pelgrimstocht maakte. En natuurlijk ging ik niet naar Mekka! Ik was een westers meisje, dus had een ander einddoel. Logisch!
Al rijdend over straat vlogen armen omhoog, en lachte men me toe. Oude opaatjes gebaarden ‘Allah Akbar’! ‘God is groot’, met een prachtige glimlach. ‘Moet je dat nou eens kijken. Sterk hoor.’
Een paar weken ervoor leek het er nog op dat ik het land nooit in zou komen. Op een tractor wat? De Sahara woestijn? Dat kon toch niet? Totdat twee mannen me besloten te helpen die zeiden: “Als God het wil, kan geen mens je tegenhouden.” Oftewel, mensen die geloven in mogelijkheden in plaats van angst en bezwaren.
Zij spraken met de hoge bazen van de toeristenpolitie, verkeerspolitie en de douane. En uiteindelijk kreeg ik van hen allen gezamenlijk papieren mee dat ik met m’n tractor overal in ’t land mocht reizen zonder politie-escort of konvooi. Ik was op zoek naar mooie verhalen, en dat was belangrijk.
Zij spraken met de hoge bazen van de toeristenpolitie, verkeerspolitie en de douane. En uiteindelijk kreeg ik van hen allen gezamenlijk papieren mee dat ik met m’n tractor overal in ’t land mocht reizen zonder politie-escort of konvooi. Ik was op zoek naar mooie verhalen, en dat was belangrijk.
Midden in de Egyptische Sahara woestijn kwam ik een jongen in een Landrover tegen. Hij reisde samen met zijn jonge vrienden, en vertelde zijn verhaal.
Nog maar drie jaar ervoor had hij een ongeluk gehad. Hij was in ondiep water gedoken en bijna helemaal verlamd geraakt. Zijn armen kon hij nog 50% en 70% gebruiken, daaronder niets meer. Toen hij bijkwam in het ziekenhuis was het eerste waar hij aan dacht: zijn grote droom.
Als kind was hij opgegroeid in Kenia samen met z’n Engelse vader, moeder en zusje. Toen hij 6 jaar was, was zijn vader om het leven gekomen in een schermutseling op ‘t werk. Het waren politiek onrustige tijden. Zijn moeder vluchtte met hem en zijn zusje terug naar Engeland.
Nog maar drie jaar ervoor had hij een ongeluk gehad. Hij was in ondiep water gedoken en bijna helemaal verlamd geraakt. Zijn armen kon hij nog 50% en 70% gebruiken, daaronder niets meer. Toen hij bijkwam in het ziekenhuis was het eerste waar hij aan dacht: zijn grote droom.
Als kind was hij opgegroeid in Kenia samen met z’n Engelse vader, moeder en zusje. Toen hij 6 jaar was, was zijn vader om het leven gekomen in een schermutseling op ‘t werk. Het waren politiek onrustige tijden. Zijn moeder vluchtte met hem en zijn zusje terug naar Engeland.
Sinds die tijd droomde hij ervan om terug te gaan ‘naar huis’. En zijn vriendinnetje en buurmeisje van toen nog eens te zien. Toen hij in het ziekenhuis bijkwam en nog bleek te leven besloot hij precies dat te doen. (dat wat in mijn ogen nu toch behoorlijk onmogelijk leek geworden). Al z’n energie richtte hij erop. En nu trof ik hem middenin in de Sahara-woestijn, rijdend in een speciaal aangepaste Landrover (een auto-bedrijf had besloten hem te helpen) met z’n beste vrienden onderweg ‘naar huis’.
“Als je een dwarslaesie krijgt en toch met een auto duizenden kilometers de wereld over en door de woestijn kan rijden, wat kan er dan niet?”
In Ethiopië trof ik een meisje, Nigisti, die zich inzette voor de straatkinderen uit haar stad. Zonder geld en met enkel de wens te willen helpen, iets te willen doen, was ze gestart. De straatkinderen lachten haar uit. ‘Wat hebben we aan jou? Geef ons geld, dan kopen we brood. Oh, dat heb je niet?”
Nigisti dacht lang en creatief na en benaderde de eigenaar van een leegstaand huis of ze de straatkinderen daar niet mochten laten slapen, als oppas voor het huis. Voor de meisjes vond ze gezinnen waar ze mochten overnachten. Ze praatte met de gevangenis-directeur van de arme grote stad in het hoge noorden van Ethiopië. En vroeg of ze dagelijks langs mocht komen. Om, nadat de gevangenen te eten hadden gekregen, de restjes eten te halen en die aan haar straatkinderen te geven. Ze sprak met mensen bij het ziekenhuis en vond hulp in geval van nood of ziekte van de straatkinderen.
Toen ik haar ontmoette zorgde ze voor 28 voormalig straatkinderen. Die waren niet meer bezig met overleven maar gingen naar school, leerden een vak en deden wat ze konden om zo snel mogelijk op eigen benen te kunnen staan. Opdat Nigisti weer snel nieuwe straatkinderen helpen kon. Allemaal hadden ze grote dromen, terwijl ze een paar jaar eerder alleen maar bezig waren met om geld bedelen of brood vinden. Ze was een van de weinige straatkinder-projecten die de kinderen echt lokaal verder hielp en zelfstandig hield.
“Als je als arm Ethiopisch meisje, en meisjes hebben in Ethiopië heel weinig rechten, in staat bent om voor 28 straatkinderen te zorgen en ze onderdak te geven, wat kan er dan niet?”
Nooit een lekke band gehad?
M’n technische problemen met de tractor onderweg lijken uit een kinderboek gehaald.
Een paar meter voor de evenaar stopte ik voor een foto, daarna startte de tractor niet. De borstels in de dynamo moesten worden vervangen.
Uiteindelijk ben ik ter plekke, tot groot vermaak, door een hele groep mensen de evenaar over geduwd. Precies op de evenaar liet ik m’n koppeling opkomen, waardoor de motor weer aansprong. Het leek alsof m’n tractor een zetje nodig had over die denkbeeldige lijn midden over de wereld heen. Want voorbij de evenaar was de weg terug naar huis langer geworden dan de weg naar de Zuidpool toe. Dan kon ‘ie niet meer terug! Hij had een zetje nodig.
Een paar meter voor de evenaar stopte ik voor een foto, daarna startte de tractor niet. De borstels in de dynamo moesten worden vervangen.
Uiteindelijk ben ik ter plekke, tot groot vermaak, door een hele groep mensen de evenaar over geduwd. Precies op de evenaar liet ik m’n koppeling opkomen, waardoor de motor weer aansprong. Het leek alsof m’n tractor een zetje nodig had over die denkbeeldige lijn midden over de wereld heen. Want voorbij de evenaar was de weg terug naar huis langer geworden dan de weg naar de Zuidpool toe. Dan kon ‘ie niet meer terug! Hij had een zetje nodig.
Middenin de woestijn van Namibië, al 3 jaar onderweg, zoekend naar een afgelegen bosjesmannen-project zag ik aan de horizon een andere tractor. ‘Familie!’ dacht ik meteen. Ik hoopte dat ze stil stonden of mijn kant op reden. Ik wist inmiddels allang dat ik de langzaamste tractor ter wereld reed. Een half uur later parkeerde ik m’n tractor naast de lokale tractor met wel zes mannen erop, waaronder een paar bosjesmannen.
Beleefd stapte ik af en schudde ze de hand, zoals ik dat inmiddels geleerd had: respect geven aan anderen is alles!
Als je anderen respectvol tegemoet treedt (en dat respect mag je altijd terug verwachten), en met een nieuwsgierige, open houding, dan kan je werkelijk tot aan het ‘einde van de wereld’ reizen, en weer terug, en veilig zijn. Dat had ik al gemerkt tijdens de hongersnood in noord Kenia en ook in het onrustige Zimbabwe tussen verkiezingen in. Vriendelijk zijn, luisteren naar de verhalen.
Terwijl ik handen schudde, en vriendelijk uitlegde wie ik was en wat ik kwam doen, hoorde ik achter me het gesis van een leeglopende band. De mijne! Nog voor ik iets kon zeggen, waren die 6 mannen van die andere tractor, in de uitgestrekte leegte van de Namibische woestijn, mijn lekke band aan het plakken.
Als je anderen respectvol tegemoet treedt (en dat respect mag je altijd terug verwachten), en met een nieuwsgierige, open houding, dan kan je werkelijk tot aan het ‘einde van de wereld’ reizen, en weer terug, en veilig zijn. Dat had ik al gemerkt tijdens de hongersnood in noord Kenia en ook in het onrustige Zimbabwe tussen verkiezingen in. Vriendelijk zijn, luisteren naar de verhalen.
Terwijl ik handen schudde, en vriendelijk uitlegde wie ik was en wat ik kwam doen, hoorde ik achter me het gesis van een leeglopende band. De mijne! Nog voor ik iets kon zeggen, waren die 6 mannen van die andere tractor, in de uitgestrekte leegte van de Namibische woestijn, mijn lekke band aan het plakken.
Uiteindelijk heb ik bijna 4 jaar lang non-stop gereisd en meer dan 38.000 kilometer gereden op een 30 jaar oude tractor. Meer dan 5 jaar ben ik van huis geweest. En ik ben altijd veilig geweest.
Ik kwam de meest bijzondere projecten tegen met ratten die mijnen kunnen detecteren en TBC (TBC is doodsoorzaak nummer 1 tijdens de huidige aids-epidemie). En de projecten met de ratten bleken heel goedkope oplossingen voor twee gigantische problemen op het Afrikaanse continent.
Angst versus de werkelijkheid...
Steeds als ik dacht dat de wereld niet mooi was, omdat er overal verhalen zijn van projecten die de plank misslaan of die mislukken, dan werd ik onderweg herinnert aan de schoonheid van deze wereld. De dagelijkse glimlachen en het contact met alles en iedereen op mijn pad.
Natuurlijk ben ik bang geweest. Bijna elke dag wel eens ergens voor. Maar het gezegde is waar: “Mijn lijdt het meest onder het lijden dat men vreest.”
In het echt breken leeuwen geen tenten open, geen enkel wild dier in Afrika doet dat.
( Over de hele wereld zijn het alleen beren op het noordelijk halfrond, ‘op zoek naar de denkbeeldige honing’, die dit soort gedrag hebben ontwikkeld.) Maar natuurlijk moet je dat wel heel hard tegen jezelf zeggen als je middenin de nacht wakker wordt gemaakt door het geluid van een wel erg luid spinnende kat buiten je tent. En dat m’n hond Biba (pup van een straathond uit Tanzania, die nu ook in Heeswijk-Dinther bij ons woont) zich uitrekte en gewoon weer slapen ging, hielp niet echt.
( Over de hele wereld zijn het alleen beren op het noordelijk halfrond, ‘op zoek naar de denkbeeldige honing’, die dit soort gedrag hebben ontwikkeld.) Maar natuurlijk moet je dat wel heel hard tegen jezelf zeggen als je middenin de nacht wakker wordt gemaakt door het geluid van een wel erg luid spinnende kat buiten je tent. En dat m’n hond Biba (pup van een straathond uit Tanzania, die nu ook in Heeswijk-Dinther bij ons woont) zich uitrekte en gewoon weer slapen ging, hielp niet echt.
Kaap de Goede Hoop
Toen ik aankwam op Kaap de Goede Hoop had ik duizenden verzamelde handgeschreven dromen in de kist achterop m’n tractor (gedigitaliseerd, het waren er zo veel) en ontelbare prachtige verhalen verzameld die het verdienen om een podium te krijgen.
Toen ik aankwam op Kaap de Goede Hoop had ik duizenden verzamelde handgeschreven dromen in de kist achterop m’n tractor (gedigitaliseerd, het waren er zo veel) en ontelbare prachtige verhalen verzameld die het verdienen om een podium te krijgen.
Daar gaf ik een speech over dat ik oprecht geloof dat 99.9% van de mensen op deze wereld, mensen zijn zoals jij en ik. We willen allemaal hetzelfde. Echt waar. We willen gezien worden voor wie we zijn, gerespecteerd. En we willen graag veilig samenleven met onze naasten.
Natuurlijk komt dat kleine overige percentage, de 0.01% voortdurend in het nieuws. De verhalen over verkeerd gebruik van macht, hebzucht. Natuurlijk, het zijn de verhalen waar we wel wat mee moeten!
Natuurlijk komt dat kleine overige percentage, de 0.01% voortdurend in het nieuws. De verhalen over verkeerd gebruik van macht, hebzucht. Natuurlijk, het zijn de verhalen waar we wel wat mee moeten!
Maar om te denken dat die verhalen ons een goed beeld geven van de werkelijkheid, is niet waar. Als we zouden weten met hoeveel mensen van goede wil we zijn. Als we ons ietsje vaker door ons hart en niet door onze angsten zouden durven laten leiden dan zouden we zoveel moois voor elkaar kunnen krijgen. Met elkaar!
Zuidpool
In Kaapstad mistte ik - letterlijk - de boot. Hij had net een nieuwe baan gekregen op de Noordpool en voer de haven uit naar het noorden toe. En tussen mij en Antarctica lag 4.000 kilometer oceaan, en m’n tractor kon niet zwemmen.
In Kaapstad mistte ik - letterlijk - de boot. Hij had net een nieuwe baan gekregen op de Noordpool en voer de haven uit naar het noorden toe. En tussen mij en Antarctica lag 4.000 kilometer oceaan, en m’n tractor kon niet zwemmen.
Ik ben zo blij dat ik het daar niet opgegeven heb. Het duurde lang voordat ik in m’n zoektocht de moed had gevonden om in gesprek te gaan met de paar andere tractor-merken die deze wereld kent, over sponsoring. Maar ik leerde dat in het echte wereld de hulptroepen zich meestal niet vanzelf aandienen, maar dat jij wel de vraag moet stellen.
Uiteindelijk vond ik mijn gedroomde sponsor, het rode tractor-merk Massey Ferguson. Samen met hen plande ik een bijna 5.000 kilometer expeditie over het koudste continent van deze aarde.
Toen ik letterlijk het zuidelijkste puntje van onze planeet, de geografische Zuidpool bereikte, werd dat wereldnieuws.
Uiteindelijk vond ik mijn gedroomde sponsor, het rode tractor-merk Massey Ferguson. Samen met hen plande ik een bijna 5.000 kilometer expeditie over het koudste continent van deze aarde.
Toen ik letterlijk het zuidelijkste puntje van onze planeet, de geografische Zuidpool bereikte, werd dat wereldnieuws.
Vlak voor kerst bouwde ik op dit heftige maar ook kwetsbare continent, waar nog nooit oorlog is geweest en waar landen proberen om samen te werken, een sneeuwpop met de verzamelde ‘dromen van de wereld’ in z’n buik.
En toen ging ik weer naar huis
En toen ging ik weer naar huis
Kort na thuiskomst van de reis zagen m’n man en ik wat documentaires die maakten dat er allemaal denkbeeldige kwartjes in m’n hoofd begonnen te rollen en op hun plek vielen.
Het waren de vele verhalen van mensen, en m’n observaties van die jarenlange reis over de wereld. Ineens zag ik dat het klimaat geen modeverschijnsel is. Ik zag de parallel tussen de huidige problemen in Ethiopie: waar wij westerse mensen 30 jaar geleden putten sloegen op plekken met weinig water. Op die plekken ontstonden steden waar voorheen alleen maar een paar nomaden konden wonen. Ik zag de parallel met ons wereldwijde delven naar grondstoffen, en hoe die bronnen helaas ook in de generatie van onze kinderen en kleinkinderen op zullen raken.
Boek & TractorMeisje film
Dit jaar werk ik nog met heel veel liefde aan het boek met daarin de tractor(meisje)-verhalen. En ik hoop ook de film, waar ik 10 jaar aan filmde, komend jaar af te kunnen maken.
Dit jaar werk ik nog met heel veel liefde aan het boek met daarin de tractor(meisje)-verhalen. En ik hoop ook de film, waar ik 10 jaar aan filmde, komend jaar af te kunnen maken.
Maar daarna wil ik me inzetten voor die betere toekomst voor onze kindjes, omdat ik geloof in een oneindige positieve energie en in onmogelijke dromen die mogelijk kunnen worden; als je maar gewoon doét! Ook al is het spannend of deed je het nog nooit eerder.
Ooit had ik ook nog nooit tractor gereden, en kijk wat daarvan kwam…
Ooit had ik ook nog nooit tractor gereden, en kijk wat daarvan kwam…
Voedselbos
In onze tuin plannen we een voedselbos. Een biodivers ecosysteem dat de aarde opbouwt en vruchtbaarder maakt terwijl mens en dier er tegelijkertijd uit kunnen leven. Het is een project dat de eerste 5 tot 7 jaar wat aandacht en begeleiding nodig heeft. En hier willen we onze kindjes (Hannah van 4 en Jonathan van net 2 jaar oud) in meenemen. Zodat zij leren van ons gestuntel en het straks natuurlijk veel beter weten.
In onze tuin plannen we een voedselbos. Een biodivers ecosysteem dat de aarde opbouwt en vruchtbaarder maakt terwijl mens en dier er tegelijkertijd uit kunnen leven. Het is een project dat de eerste 5 tot 7 jaar wat aandacht en begeleiding nodig heeft. En hier willen we onze kindjes (Hannah van 4 en Jonathan van net 2 jaar oud) in meenemen. Zodat zij leren van ons gestuntel en het straks natuurlijk veel beter weten.
We zijn echt heel blij dat ons huis in Heeswijk-Dinther staat. Het afgelopen jaar hebben we al op een super prettige manier kennis gemaakt met onze buurt. We kwamen buiten de bebouwde kom te wonen omdat we voedselbossen wilden bouwen en veel buiten zijn, maar we blijken toch in een echte buurtgemeenschap te zijn komen wonen. Dat soort dingen vertelt google je niet, en funda ook niet. Maar we zijn er zo blij mee.
Het leven is gewoon gezelliger als je het delen kan met anderen!
Ik wens een ieder van jullie een heel liefdevolle kersttijd en geweldig nieuw jaar.
Tekst en foto's: Manon Ossevoort