Dorpsnieuws

Noortje Krol en Nico MiedemaNoortje Krol en Nico Miedema vormen hun melkveehouderij om naar natuurinclusief, maar denken niet aan omschakeling naar biologisch. De ervaringen zijn tot nu toe goed. 'Ik kan het aanbevelen', zegt Krol. Natuurinclusief past niet bij ons, dacht Noortje Krol van melkveehouderij De Waaistap in het Brabantse Heeswijk-Dinther eerst toen ze daarover las.

'Wij zijn te groot en te intensief.' Toch ging ze er zich verder in verdiepen. 'Wij vinden het belangrijk om de gunfactor te behouden en om verantwoordelijkheid te nemen voor biodiversiteit. Als melkveehouderij hebben we daar een grote verantwoordelijkheid voor, want we hebben als sector veel land in gebruik.'

Krol belde Gerard Willems, een van de coaches natuurinclusief van provincie Noord-Brabant, die ze al kende omdat hij ook adviseur bij ZLTO is. 'Is het wat voor ons bedrijf?' Willems antwoordde bevestigend. Maar natuurinclusief gaat wel een stap verder dan Krol en Nico Miedema toen dachten. 'Het is meer dan het aanleggen van een paar natuurlijke perceelsranden; je hebt een andere mindset nodig.'

Ontwikkelingsplan tot 2030

De ondernemers besloten de stap te zetten en maakten een ontwikkelingsplan tot 2030. Ze benadrukken dat ze een gangbaar bedrijf hebben en willen blijven houden. Krol: 'We doen niets bijzonders. Het enige verschil is dat we bij alles wat we doen, nu ook denken: wat betekent dit voor de biodiversiteit?'

Het is meer dan een paar natuurlijke perceelsranden; je hebt een andere mindset nodig

Een van de aanpassingen waar de melkveehouders aan werken, is meer gras in het rantsoen, minstens 50 procent, en minder mais. Bovendien willen ze een deel van het grasland extensief beheren om daar voer te telen voor voor jongvee en droge koeien.

Kruidenrijk mengsel

Een andere aanpassing is het zaaien van een kruidenrijk mengsel bij graslandvernieuwing. 'Als je het goed doet, geeft dat dezelfde opbrengst', zegt Miedema. 'Maar het geeft wel veel meer biodiversiteit', zegt Krol. 'Zowel boven als in de grond.'

Meer biodiversiteit boven en in de grond. H

Een kruidenrijk mengsel zonder chemische gewasbescherming hoeft geen opbrengst te kosten, maar het is wel een leerproces, vindt Miedema. 'Er is nog vrij weinig ervaring mee. Dat maakt het lastiger.'

Buikpijn

De ondernemers leerden onder andere dat je een kruidenrijk mengsel beter in de herfst kunt zaaien dan in het voorjaar, omdat in het voorjaar de onkruiddruk hoger is. Toch stond er veel onkruid in het perceel dat herfst 2020 was gezaaid. 'Ik liep met buikpijn door het veld', zegt Miedema. Krol: 'We dachten: waar zijn we aan begonnen?'

'Is er toch geen middel dat het onkruid aanpakt, maar dat de kruiden spaart?' vroeg Miedema aan hun adviseur. 'Nee', was het antwoord. 'Als je spuit tegen onkruid, zijn de kruiden ook weg.' Hij adviseerde om een keer te wiedeggen, op tijd te maaien en daarna gelijk een beetje te bemesten. Tot opluchting van de ondernemers bleek dat een goede aanpak.

Klaver

Beide ondernemers zijn goed te spreken over de klaver in de mengsels. Vooral 's zomers bindt dat veel stikstof. In het voorjaar is nog wel wat kunstmest nodig. Naast klaver zijn smalle weegbree en cichorei de belangrijkste kruiden.

De melkveehouders gaan stap voor stap verder richting natuurinclusief. Dit jaar laten ze bloemrijke akkerranden zaaien. Ze onderzoeken nu een kans om een wat grotere stap te zetten, namelijk om land om te vormen tot extensief kruidenrijk grasland in de ecologische verbindingszone langs de beek de Leijgraaf.

Ecologische verbindingszone

Krol: 'Voorheen dachten we: we verkopen die grond aan het waterschap in ruil voor een ander perceel. Nu denken we: we kunnen die grond ook houden en samen met het waterschap die ecologische verbindingszone realiseren. We kunnen het gras daarvan goed gebruiken voor jongvee en droge koeien in plaats van hooi en stro dat nu van verder weg komt. Dat helpt de overheid bij het realiseren van de ecologische verbindingszone en helpt ons bij onze natuurinclusieve ambitie.'

Die kans komt goed uit, omdat het lastig is om aan extensief kruidenrijk grasland te komen. Als de overheid daadwerkelijk natuurinclusieve landbouw wil stimuleren, dan zou die wel meer mogen meewerken, constateert Krol. 'Als je de provincie en natuurorganisaties spreekt, zeggen ze: 'Supergoed wat jullie doen.' Maar als puntje bij paaltje komt, geven ze niet thuis. Losse percelen van hen gaan gewoon naar de hoogste bieder.'

Meer verwacht

Het stel had meer verwacht van het Groen Ontwikkelfonds Brabant (GOB) van de provincie. Dat zou sneller en flexibeler moeten werken, betoogt Krol. 'We hebben geprobeerd om via het GOB een perceel te kopen om dat extensief te gaan gebruiken. We gingen in overleg met een GOB-adviseur. Die gaf aan dat we eerst moeten investeren in een plan daarvoor. Vervolgens vergadert het GOB zo zelden dat tegen de tijd dat zij akkoord geven, het perceel al aan een ander is verkocht. Dat is dus niets geworden', zegt zij.

Gehakseld stro vervangen door natuurgras.

'Wees wat flexibeler en denk meer mee met de boeren', adviseert Krol de provincie. 'We hebben hetzelfde doel. We mogen niet in eilandjes denken.'

Toch hebben Krol en Miedema geen spijt van hun keus. Krol: 'Biodiversiteit hoort er gewoon bij.'

Uit: https://www.nieuweoogst.nl/nieuws/2022/04/13/melkveehouders-gaan-voor-natuurinclusief-en-toch-gangbaar