Dorpsnieuws

Joost Jansen‘Raakt het je niet dat het actieve gedeelte van de geloofsgemeenschap kleiner wordt?’ ‘Natuurlijk raakt het me, maar het krijgt bij mij niet het laatste woord.’ ‘Waarom niet?’ ‘Omdat het bij de Blijde Boodschap van Jezus hoort.’ ‘Zo eenvoudig?’ ‘Ja, zo eenvoudig is het.’

Een kleine discussie uit mijn leven gegrepen. Hoort dit echt bij de Blijde Boodschap van Jezus? Lees het evangelie van vandaag: het gaat over zaad en zaaien, het onooglijk kleine zaad dat een grote plant kan worden. Centraal staat echter ook de mens die zaait en oogst en daar tussenin eigenlijk weinig doet. Hij (het kan ook een ‘zij’ zijn) slaapt en staat op – zo hoor ik in het evangelie – en het zaad ontwikkelt zich bijna als vanzelf tot een grote plant die later dan weer geoogst kan worden. Van de mens-die-zaait-en-oogst wordt in de tussentijd gevraagd om te vertrouwen, te geloven. Misschien ook om eens te gaan kijken hoe zijn tuin, zijn akker er bij ligt. Is dat de les voor vandaag, zeker nu corona zo’n uitwerking heeft gehad op ons parochiële leven? Kunnen we nog iets meer doen?

Laten we eerst nagaan wat deze tijd ons heeft gebracht. Kwantitatief hebben we moeten inleveren: aantallen bij het kerkbezoek, de collectes, de uitvaarten via de kerk (in het crematorium mag je wel een koffietafel hebben), de actie Kerkbalans. Het zal een hele klus zijn om deze activiteiten weer op te starten en de vaart er in te krijgen. Echter: kwalitatief hebben we in coronatijd ontdekkingen gedaan. We hebben creatieve wegen gevonden om elkaar aandacht te geven, de social media zijn gemeengoed geworden, liefdevolle nabijheid via telefoon of een ander medium. Deze ontdekkingen moeten we meenemen.

Kan er meer? Voor mij is heel belangrijk dat ik trouw blijf aan het zaaien. Soms kun je niet meer doen. Ik voel mee met christelijk geëngageerde ouders (hier zitten er een heleboel) die trouw blijven aan hun overtuiging terwijl hun kinderen op geloofsterrein andere wegen gaan. Je kunt slechts zaaien! Je kunt zaaien en vervolgens: vertrouwen. Hoe houd je dit vol? Door zelf het zaad te zijn.

Wanneer we dit evangelie beluisteren en opnemen dan gaan we er teveel vanuit dat we wat zaad in handen hebben gekregen dat we rondstrooien. Dat is goed: we kunnen goede dingen doen en anderen helpen, we kunnen goede en bemoedigende woorden rondom ons verspreiden. Ook dat is prima. We kunnen echter nog een stap meer zetten: we kunnen zelf zaad worden. Ik, wij, zelf zaad zijn. Dus niet goede dingen doen en met onze taal verzoening bewerken, maar zelf zaad zijn. Daar waar ik kom, waar ik ben, kan ik die Blijde Boodschap niet alleen in woord en daad uitdragen, ik kan ook door mijn hele wezen, door mijn uitstraling Blijde Boodschap zijn. Dat is uitdagend. Het vraagt dat we die Goede Boodschap van troost, verzoening, maar ook van hoop, positiviteit, vreugde en een goede instelling in ons laten groeien en het allemaal uitdragen. Misschien zelfs dat mensen zeggen: bij hem of haar is het altijd prettig om te zijn. Ik weet met velen dat dit een hele grote uitdaging is.

Juist deze mensen hebben we vandaag nodig, ook voor onze jongere generatie. Deze week nog - ’s avonds om elf uur - stonden drie blitse jongens met hun scooters Pokemon te spelen op het abdijterrein. We kregen het over geld verdienen. Ze konden zich helemaal vinden in Siewert van Lienden die negen miljoen had binnengehaald. Ik was echt van een andere generatie wanneer ik daar vraagtekens bij plaats. Wellicht mocht ik een beetje zaad zijn bij deze gozers. Hoewel…

Ik ben hoopvol voor de toekomst, ook van onze parochie, onze geloofsgemeenschap, onze kerk. We zijn beland in een periode van zaaien en ik hoef niet onmiddellijk resultaat te zien. De uitdaging is om het vertrouwen er in te houden. De uitdaging is om trouw aan die Blijde Boodschap, trouw aan het bidden te blijven uitstralen dat God een God van liefde is, dat Hij van ons houdt, dat Hij liefde in ons wekt en dat we op deze manier geborgenheid ervaren en veilig door het leven gaan. Zo mogen we elkaar bemoedigen.
Joost Jansen, pastoor